Afrika
Azië
Europa
Noord Amerika
Oceanië
Latijns Amerika
 
Bardia 4- 7 feb 14
 
Bardia 4- 7 feb 14

Wow, werd dat even een vermoeiende en bere-interessante nachtrit. We hadden weinig beenruimte en werden alle kanten opgeslingerd door de slechte wegen door de bergen. Het werd ook ijskoud, dus zelfs een slaapzak werd tevoorschijn gehaald.

Maar we waren de enige toeristen en we deelden ons ‘leed’ met de Nepali, die ook lekker ingepakt zaten. ’s-avonds met een Dal Bhaat (allerlei kleine hapjes zoals rijst, kip curry, groenten, dal en groenteprutje) in buffetvorm. All you can eat buffet..! En vroeg in de ochtend een lekker Chia (zwarte, zoete thee met kruiden en veel melk) om de ogen te openen.

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Ook nu kwamen we veel later aan dan gepland, maar dat kwam door de verkeerde informatie die ons was gegeven in Kathmandu. Er was ons gegarandeerd dat we rechtstreeks naar Thakurdwara zouden gaan (de plaats waar we wilden overnachten) maar na een overstap tussendoor werden we langs de hoofdweg afgedropt en moesten we maar kijken. Effe balen (daar hadden we niet voor betaald!) maar hulp komt bijna altijd vanzelf in dit soort situaties. We werden aangesproken door Krishna, die kon ons voor een kleine prijs (per jeep) naar Thakurdwara brengen, als we maar een kamer in zijn resort zouden nemen.
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Uiteindelijk kwam het erg betaalbaar uit en gingen we overnachten in een prachtig hutje in de jungle. Een heerlijke plek die ons deed denken aan Brownsberg in Suriname. We sliepen in een lemen hut (gemaakt van bamboe, modder en gedroogde poep) en wasten ons met warm water uit een ketel van het vuur. Alles
leek zo op te gaan in de fantastische omgeving. Krishna was ook gids en na een mooie prijs te hebben onderhandeld gingen we met een maatje van hem (Deep) de volgende dag te voet de jungle in.

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Er leven in dit gebied onder andere neushoorns, olifanten, tijgers en dolfijnen, alles in het wild, al is het wel een kwestie van mazzel hebben om ze te zien. We hadden gehoopt dat we meer kans zouden hebben te voet dan per jeep, je maakt dan minder lawaai. Ook al kom je wat minder ver de jungle in, natuurlijk. De tocht is niet zonder gevaren, al worden zelden mensen door dieren aangevallen. We hebben een prachtige tocht gehad met veel wilde dieren als krokodillen die lagen te chillen, rendieren in verschillende maten en types en in de verte zelfs een tijger die de rivier over stak. Maar mijn hoogtepunt was de familie wilde olifanten die niet ver van ons de rivier over stak. Dat was echt gaaf. Daarnaast vogels zoals de Kingfisher, veel (verse) voetsporen om te herkennen, waardoor we ons nog meer als Crocodile Dundee voelden, en mooie insecten. Maar in het dorpje zelf was ook veel te bezien. Het echte plattelandsleven, bijna niet beïnvloed door toerisme.
 


Een krokodillenkwekerij, een olifantenfokkerij (met een schattig babyolifantje die Charlotte’s voeten aan het stofzuigen ging) en een blinde neushoorn. Die hadden we in het wild helaas gemist, maar deze was erg lief en aaibaar. En ook met ons Jungle Base Camp hadden we het getroffen; kampvuur onder de sterren, lekker
eten en erg vriendelijke mensen. We hebben een dag fietsen gehuurd en ook een dag volledig gechilled. Waar beter dan hier…