Soms kom je ergens aan en dan weet je dat je thuis bent, dat was in Santa Marta weer het geval. Ik had een bus genomen vanaf Cartagena naar Barranquilla en daar nam ik een bus (met schreeuwende en tierende buschauffeur, omdat niemand aan de kant ging terwijl hij gewoon tegen het verkeer in reed) naar Santa Marta.

 

Het is hoogseizoen in Columbia en bijna alle hotels waren vol. Ik kreeg nog een bed in het Casa Familiar en ik betaalde de hoofdprijs (10 euro per nacht). Maar de prijs maakte niet zoveel uit, ik had het prima naar mijn zin, het stadje is heerlijk, de mensen vriendelijk en ik besloot een paar dagen te relaxen aan zee.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De cathedraal is waarschijnlijk de oudste kerk in Colombia, en toornt boven het kleine stadje uit. Het hele centrum en de volledige boulevard is gevuld met de vele artiesten op straat, van zang en dans tot schilders en levende beelden.

Ook de beste eettentjes liggen aan de boulevard, ik kreeg gezelschap van 3 leuke meiden, en ik merk dat ik redelijk vooruit kan met mijn spaans.

De minibus, oftewel 'colectivo' brengt je voor 40 cent overal waar je maar wil zijn.
Er zijn een paar kilometer buiten het centrum 2 grote winkelcentra met filmtheaters, dus dat was ook een mooie bestemming, even wat luxe.
Iets ten noorden van Santa Marta ligt het dorpje Taganga, met meer toeristen dan inwoners vond ik daar niet zoveel aan, behalve de wandelingen die je door de heuvels kunt maken...

Na een paar mooie dagen ging ik weer verder, weer de bergen in, richting het zuiden, onder andere richting Ecuador.